“Is het überhaupt fysiek mogelijk om vanuit de bestuurdersstoel, terwijl je rijdt, zover uit het raam aan de andere kant van de auto te reiken dat je arm volledig verticaal gestrekt is en het wapen ter hoogte van het dak uitkomt?”, vroeg de officier van justitie zich hardop af in haar requisitoir.
De verdachte ontkent gericht geschoten te hebben. Zijn verklaring overtuigt de officier van justitie niet. Haar standpunt wordt ondersteund door de verklaring, tijdens de zitting, van een onafhankelijke getuige die achter verdachte reed op het moment dat verdachte in de richting van de auto van de aangever schoot. Ook het beroep op noodweer dat de verdediging naar voren bracht, schuift de officier ter zijde. “Verdachte had gewoon kunnen wegrijden.”
Het OM stelt dat verdachte zeer gevaarlijk gedrag vertoonde. “Het slachtoffer had geraakt kunnen worden, het is maar de vraag of hij dat zou hebben overleefd”. Ook andere mensen die in de buurt waren liepen gevaar. Het incident vond plaats op een tijdstip, vroeg in de avond, waarop er nog veel mensen waren. Het was bovendien op een druk kruispunt binnen de bebouwde kom van Nijmegen.
Bij de strafeis hield de officier van justitie rekening met het feit dat verdachte en aangever het al eerder met elkaar aan de stok hadden gehad, waarbij ook de aangever zich niet van zijn beste kant heeft laten zien. De officier benadrukte echter wel dat het incident veel impact heeft gehad. Niet alleen op de direct betrokkene, maar ook op de buurt en de stad en onze samenleving als geheel. “Dit soort incidenten, en zeker ook illegaal wapenbezit, zorgt voor onveilige gevoelens.”