NIJMEGEN - Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag uitspraak gedaan in de zaak van een 32-jarige man die op 12 maart 2023 de woning van zijn ex-vriendin in Nijmegen binnendrong, waarna hij haar 67 steekverwondingen toebracht waaraan zij is overleden. De man is eerder op 30 november 2023 door de rechtbank veroordeeld voor doodslag, waarbij aan hem twaalf jaar gevangenisstraf en de maatregel tbs met dwangverpleging is opgelegd. Het gerechtshof heeft dat oordeel vandaag in hoger beroep bevestigd.

Fatale steekpartij

Het slachtoffer had in februari 2023 de relatie met de verdachte beëindigd, maar verdachte kon dat niet verkroppen. Hij probeerde het slachtoffer te blijven zien en haar gedrag te controleren. Zo stuurde hij berichten om na te gaan waar en met wie zij was, probeerde hij in persoon met haar af te spreken en wilde hij niet dat het slachtoffer een relatie met een ander zou krijgen. Omdat zij op 12 maart 2023 niet meer reageerde op zijn berichten, ging verdachte naar haar woning. Hij zag door een raam dat zijn ex-vriendin op de bank zat met een andere man, waarna hij een steen door de ruit van de deur gooide en de woning in ging. Hij joeg met een schaar de man de woning uit, waarna hij op buitensporig gewelddadige wijze het slachtoffer met een mes en een schaar heeft doodgestoken waar hun 1-jarige dochtertje bij was.



Het oordeel van het hof in hoger beroep

Net als de rechtbank is ook het hof van oordeel dat sprake is van doodslag en niet van moord. Voor het bewijs van moord moet er sprake zijn geweest van voorbedachte raad. Dat betekent dat iemand niet heeft gehandeld in een plotselinge heftige emotie en dat hij de gelegenheid heeft gehad om, al is het maar kort, na te denken over wat hij wil gaan doen en wat daar de gevolgen van zijn. Het hof heeft geen bewijs gevonden waaruit voorbedachte raad zonder meer blijkt.


Er zijn aan de andere kant wel aanwijzingen dat geen sprake was van voorbedachte raad: verdachte is zonder een wapen naar de woning van zijn ex-vriendin gegaan en de geweldsexplosie vond plaats in zeer korte tijd. Daarbij gebruikte verdachte een mes en een schaar die hij ter plekke uit de keuken van het slachtoffer had gepakt en kort na de gruwelijke steekpartij trof de politie hem bij de woning van het slachtoffer volledig in paniek en trillend aan. Verdachte heeft volgens het hof dus wel opzettelijk maar niet met voorbedachte raad zijn ex-vriendin doodgestoken. Daarom wordt verdachte ook in hoger beroep veroordeeld wegens doodslag en niet wegens moord.


Verdachte verminderd toerekeningsvatbaar

Deskundigen hebben bij verdachte verschillende persoonlijkheidsstoornissen vastgesteld: hij vertoonde narcistische, borderline en antisociale trekken en hij was minder goed dan anderen in staat om frustraties en emoties te begrenzen en zijn impulsen te bedwingen. Het hof heeft verdachte daarom verminderd toerekeningsvatbaar verklaard en daarmee rekening gehouden bij de strafoplegging.


Gevangenisstraf

Het hof heeft net als de rechtbank een gevangenisstraf van twaalf jaar opgelegd. Er is dan weliswaar geen sprake van moord, maar wel van een bijzonder ernstige vorm van doodslag die enkel kan worden bestraft met deze lange gevangenisstraf. Daarbij slaat het hof in het bijzonder acht op de mate waarin geweld is gebruikt en op de achtergrond van het delict.


Het door verdachte gebruikte geweld was immers van een buitencategorie. Het slachtoffer is voor de ogen van haar dochtertje een gruwelijke dood gestorven. En dat alleen maar omdat verdachte zich niet bij het einde van de relatie heeft willen neerleggen en niet accepteerde dat zijn ex-vriendin een relatie met een ander zou beginnen. Die grondhouding van verdachte vormt de voedingsbodem voor het delict en dit wordt verdachte zeer aangerekend. Het leed voor de nabestaanden van het slachtoffer is, mede door de manier waarop zij om het leven is gebracht, onvoorstelbaar groot. Deze doodslag heeft dan ook een hevige schok in de samenleving veroorzaakt.

Tbs met dwangverpleging

Omdat het strafbare feit verdachte vanwege zijn stoornissen slechts in verminderde mate kan worden toegerekend en omdat het risico groot is dat de verdachte in herhaling valt als hij niet gedurende een nog onbepaald aantal jaren in een gesloten inrichting behandeld wordt, legt het hof naast de gevangenisstraf van twaalf jaar ook de maatregel van tbs met dwangverpleging op.


Schadevergoeding

Verdachte moet aan zijn dochter een schadevergoeding betalen van 70.095 euro en aan de moeder van het slachtoffer een schadevergoeding van 17.500 euro.


Einde bericht

De gehele uitspraak wordt hier op een later moment geanonimiseerd gepubliceerd.