NIJMEGEN/HELMOND - De rechtbank spreekt 29-jarige man uit Helmond vrij van verkrachting. Volgens de rechtbank kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat sprake is van dwang.


Een 25-jarige vrouw deed aangifte van verkrachting tegen de man. De man en vrouw kwamen met elkaar in contact via Snapchat. Zij ontmoetten elkaar vervolgens op 4 maart 2023 bij een uitgaansgelegenheid in Nijmegen. Die nacht reden zij samen met een vriendin van de vrouw en de halfbroer van de man naar het huis van de 25-jarige vrouw. Eenmaal thuis ging de man naar de slaapkamer van de vrouw. Even later ging ook de vrouw naar de slaapkamer. Daar hadden zij seks met elkaar. Volgens de man gebeurde dit vrijwillig en was er sprake van wederzijdse instemming. De vrouw verklaarde echter bij de politie dat sprake was van dwang. Hij kneep onder meer haar keel dicht en sloeg haar op haar hoofd. De man bleef doorgaan en verkrachtte haar, ondanks dat zij schreeuwde dat hij moest stoppen.

De rechtbank stelt voorop dat dit type zaken zich kenmerkt door het feit dat slechts 2 personen aanwezig waren bij de (beweerdelijke) seksuele handelingen. Ook in dit geval was er geen getuige die de seksuele handelingen heeft gezien. Om die reden moet extra zorgvuldig naar de afgelegde verklaringen worden gekeken. Zeker als het - zoals in dit geval - om een ontkennende verdachte gaat.

Wisselende verklaringen

De rechtbank constateert dat de vrouw op verschillende punten wisselend heeft verklaard bij de politie. De inconsistenties leiden ertoe dat de rechtbank behoedzaam moet omgaan met de verklaringen van de vrouw. Dit brengt echter niet zonder meer mee dat haar verklaring onvoldoende betrouwbaar is en daarom terzijde moet worden geschoven. Beoordeeld moet worden of haar verklaring voldoende steun vindt in ander bewijs. Daarover overweegt de rechtbank het volgende.

Bij de vrouw werd tijdens het forensisch onderzoek verwondingen gezien. De rechtbank kan - zonder nadere duiding van dit letsel door een deskundige - niet concluderen dat onvrijwillige seksuele handelingen de oorzaak van de geconstateerde verwondingen zijn. De verwondingen vormen daarom in dit geval geen ondersteuning voor de verklaring van de vrouw dat sprake was van dwang. De vriendin van de vrouw legde daarnaast een getuigenverklaring af. Zij zat in de woonkamer op het moment dat de man en vrouw boven in de slaapkamer waren. De rechtbank stelt vast dat de verklaring van die vriendin op verschillende punten niet valt te rijmen met de verklaring van de vrouw. De vrouw verklaarde bijvoorbeeld dat zij schreeuwde en dat het bed een bonkend, schuivend geluid maakte. Ook zou de hond in de woonkamer aan het janken zijn alsof er iets ergs gebeurde. Zij verklaarde dat haar vriendin dit had moeten horen. De vriendin verklaarde dat zij zowel de vrouw als de hond niet hard gehoord. De hond was rustig aan het eten.

Wel verklaarde de vriendin dat de vrouw overstuur was toen zij weer beneden kwam. De man uit Helmond verklaarde echter dat de vrouw ineens over haar vriend begon terwijl ze in bed lagen. Ze begon te huilen en zei dat ze wilde stoppen. De vrouw ging vervolgens naar beneden. De rechtbank kan het scenario dat de man schetst – dat de emotie bij de vrouw mogelijk werd veroorzaakt doordat zij zich schuldig voelde richt haar vriend- niet zonder meer uitsluiten. Daarbij is van belang dat de vrouw in haar verklaring bevestigde dat zij een vriend had.

Onvoldoende bewijs

Dit alles brengt de rechtbank tot het oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat sprake was van dwang. De vrouw heeft wisselend verklaard en daarnaast is er onvoldoende ondersteunend bewijs gevonden voor de verklaring van de vrouw. De rechtbank spreekt de man daarom vrij van verkrachting.