WIJCHEN - De rechtbank veroordeelt een 49-jarige man uit Wijchen voor het doodsteken van zijn partner. Dit gebeurde op klaarlichte dag op 2 juni 2024 in Wijchen. De rechtbank veroordeelt de man tot een gevangenisstraf van 6 jaar. Daarbij legt ze aan hem de maatregel van tbs met dwangverpleging op.
De 49-jarige man ging op 2 juni 2024 in verwarde toestand naar de woning van zijn partner. Zijn partner belde met de huisartsenpost, waarna er - zo verklaarde de 49-jarige man - iets in zijn hoofd knapte. De Wijchenaar pakte twee messen en begon op het slachtoffer in te steken. Het slachtoffer rende naar buiten en de man rende achter hem aan, terwijl hij met een mes hakkende bewegingen maakte. Het slachtoffer werd daarbij onder andere in zijn rug geraakt. Het slachtoffer overleed later die dag aan dit letsel.
Geen moord maar doodslag
De rechtbank concludeert dat uit het handelen van de man blijkt dat hij opzet had op de dood van het slachtoffer. Zo was tijdens het telefoongesprek tussen het slachtoffer en de huisartsenpost te horen dat de Wijchenaar "Je hoofd eraf" zei. Op camerabeelden was te zien dat hij daarna achter het slachtoffer aanrende terwijl hij met een mes hakkende bewegingen maakte naar het slachtoffer.
De rechtbank kan niet uit het dossier afleiden dat de man een plan had gemaakt om zijn partner te doden. Er was voorafgaand aan het pakken van een mes niet een moment van kalm beraad en rustig overleg. De rechtbank spreekt de man daarom vrij van moord, maar veroordeelt hem wel voor de doodslag op het 59-jarige slachtoffer.
Sterk verminderd toerekeningsvatbaar
Uit deskundigenonderzoek blijkt dat de man aan verschillende stoornissen lijdt, zoals schizofrenie, een persoonlijkheidsstoornis met antisociale, borderline en narcistische trekken en een verslaving. Deze stoornissen - die ook aanwezig waren tijdens het delict - maken dat de doodslag in sterk verminderde mate aan de man kan worden toegerekend. De rechtbank gaat niet mee in het pleidooi van de advocaat dat de man volledig ontoerekeningsvatbaar was, nu uit het onderzoek niet blijkt dat de man volledig werd beheerst door zijn stoornissen.
Celstraf
Kijkend naar de ernst van het delict vindt de rechtbank het noodzakelijk dat aan de man een gevangenisstraf wordt opgelegd. Bij het bepalen van de strafduur kijkt de rechtbank naar straffen die in min of meer soortgelijke zaken worden opgelegd. Verder heeft de sterk verminderde mate van toerekeningsvatbaarheid van de man een sterk matigende invloed op de straf. Alles afwegend is volgens de rechtbank een gevangenisstraf van 6 jaar passend.
Langdurige behandeling noodzakelijk
De rechtbank is op basis van het persoonlijkheidsonderzoek naar de Wijchenaar overtuigd geraakt van de noodzaak van langdurige behandeling. De onderzoekend psychiater en psycholoog gaven aan dat de kans op geweld als hoog wordt gezien als de man onbehandeld blijft. Het terugdringen van het herhalingsgevaar kan alleen worden bereikt door middel van een langdurige klinische behandeling in een voldoende beveiligde omgeving. De rechtbank legt daarom de tbs-maatregel met dwangverpleging op aan de man.
Schadevergoeding
Tot slot moet de man aan de vader, broer en zus van het slachtoffer een schadevergoeding betalen. Dit komt neer op een bedrag van in totaal bijna 22 duizend euro.